Google adwords
en gebruik van het merk van een concurrent als Adword
Google Doodle Raymond Loewy |
De
grootste nachtmerrie voor ondernemers is om niet op internet gevonden te kunnen
worden. Dat is natuurlijk ook een ramp: website op orde, leuke producten of
diensten, maar geen bezoekers. Hoe lok je bezoekers naar je website? Veel
ondernemers gebruiken “Google adwords”. Je betaalt dan een bedrag (dat tot vele
euro’s per klik kan oplopen) aan Google wanneer bezoekers op jouw advertentie
klikken. Wordt gezocht op “bloemen bezorgen”, dan toont Google eerst de “Google
shopping” resultaten, dan volgen daaronder, en rechts op het scherm de betaalde
advertenties. Het bedrijf Fleurop komt het hoogste in de natuurlijke
zoekresultaten.
Al snel
kwamen er gewiekste ondernemers die het merk van de concurrent als adword
kochten. Zoek je bijvoorbeeld op “fleurop”, dan verschijnt een advertentie van
“Topbloemen.nl” (een concurrent van Fleurop). Overigens heeft Fleurop ook zelf
het adword “fleurop” gekocht (en waarschijnlijk meer betaald), want de
advertentie van Fleurop verschijnt boven die van “Topbloemen.nl”.
Mag je het merk van je concurrent
als Google adword gebruiken?
Op zich zelf
geeft het Benelux Verdrag voor de Intellectuele Eigendom alsook de
merkenverordening (2008/95/EU) de
houder van een merk het recht om zich te
verzetten tegen het gebruik van dat merk in het economisch verkeer.
Echter, al in 2010
heeft het Europese Hof van Justitie vastgesteld dat het gebruik van andermans
merk als Adwords is toegestaan mits de herkomstfunctie van het werk niet wordt
aangetast, en er geen sprake is van verwarring. Ik schreef daar in 2010 het artikel Gebruik van andermans merk als Google adword over
Ja, dat mag!
Het
is inmiddels vast staande jurisprudentie dat dat concurrenten elkaars merken
mogen gebruiken. Alleen op het moment dat verwarring bij het internet publiek
wordt gecreëerd, is sprake van merkinbreuk. Verwarring wordt door de rechter
aangenomen wanneer het voor de gemiddelde internetgebruiker lastig is om te
zien van wie een advertentie afkomstig is. Naast het feit dat geen verwarring
gecreeerd mag worden, mag in een een advertentie (die verschijnt nadat het merk
van een concurrent als Google adword is
gebruikt) geen afbreuk worden gedaan aan de reputatie van het (bekende) merk,
mag geen ongerechtvaardigd voordeel worden getrokken uit, of afbreuk worden
gedaan aan, het onderscheidend vermogen of de reputatie van het bekende merk.
Het
komt er op neer dat je het merk van een concurrent mag gebruiken als Google
adword om een alternatief product aan te bieden. Het voorgaande volgt uit Hof van
Justitie van de Europese Unie van 22
september 2011 inzake Interflora (C-323/09, hierna: Interflora).
“57 Het enkele feit dat het gebruik
door een derde van een aan een merk gelijk teken voor dezelfde waren of
diensten als die waarvoor dit merk is ingeschreven, de houder van dit merk
verplicht om grotere reclame-inspanningen te leveren om de bekendheid van dit
merk bij de consument te behouden of te verhogen, volstaat hoe dan ook op zich
niet om te concluderen dat afbreuk aan de reclamefunctie van dat merk wordt
gedaan. In dit verband dient te worden
benadrukt dat het merk weliswaar een essentieel onderdeel vormt van het stelsel
van onvervalste mededinging dat het recht van de Unie tot stand wil brengen (zie
onder meer arrest van 23 april 2009, Copad, C-59/08, Jurispr. blz. I-3421, punt
22), maar dat het de merkhouder niet
beoogt te beschermen tegen praktijken die inherent zijn aan de vrije
mededinging.
58 Reclame op internet op basis van trefwoorden die overeenkomen met
merken, vormt een dergelijke praktijk, aangezien deze reclame er in de regel
louter toe strekt, internetgebruikers een alternatief voor de waren of diensten
van de houders van die merken te bieden (zie dienaangaande arrest Google France
en Google, reeds aangehaald, punt 69).”
Wat gaat er in de praktijk mis
wanneer het merk van de concurrent als Google adword wordt gebruikt?
·
Uit de advertentie
blijkt niet van wie de advertentie afkomstig is (hetgeen tot verwarring leidt,
wat niet mag). Dit is eenvoudig op te lossen door de naam van de adverteerder
te noemen in de advertentie (of de URL)
·
Het (bekende) merk van
de concurrent wordt in de advertentie genoemd of staat in de URL (hetgeen makkelijk
tot verwarring leidt, wat niet mag). Let op het noemen van het (bekende) merk
mag wel indien de producten (al dan niet tweedehands) worden verkocht door de
adverteerder.
· Het slechts zeer beperkt
of niet op voorraad hebben van de producten, maar toch het merk van de
concurrent in de advertentie gebruiken mag niet (zgn. “bait and switch”).
Hoe wordt omgegaan met “key word’ insertion?
Bij “key word insertion” koopt een adverteerder een
keyword (bijvoorbeeld “auto”). Wanneer een internetgebruiker op “Volkswagen
auto” zoekt, dan laat Google in de advertentie van degene die het keyword auto
heeft gekocht de zoekopdracht “Volkswagen auto?” terugkomen. De vraag is nu of
dat mag. Recent is een zaak bij de rechter geweest waarin “keyword insertion”
aan de orde was.
Het ging om de volgende advertentie die verscheen na
het intoetsen van “Luminus lichtstraat”:
Zoals is te zien verscheen een advertentie voor
Luxlight. Luxlight had het keyword “lichtstraat” gekocht, welk keyword,
aangevuld met de zoekopdracht, terugkwam in de advertentie. Op het eerste
gezicht enigzins verwarringwekkend. Immers, de internetgebruiker zou kunnen
menen dat Luxlight lichtstraten van Luminus aanbiedt, hetgeen niet het geval
is. Echter, de voorzieningenrechter denkt daar anders over – na eerst overwogen
te hebben dat er uberhaupt geen sprake is van merkgebruik door Luxlight nu het
Google is dat het merk “Luminus” invult, en niet Luxlight (was op “Volkswagen
lichtstraat gezocht, dan had in de advertentie “Volskwagen lichtstraat?”
gestaan- overweegt de voorzieningenrechter in zijn vonnis dat:
“4.6(…)Maar
ook in het geval dat wel sprake zou zijn van gebruik van het adword LUMINUS,
geldt dat de door Google getoonde advertentie duidelijk verwijst naar Luxlight,
zodat geen sprake is van enige verwarring van de internetgebruiker met
betrekking tot de onderneming achter de advertentie. Het onderscheidend
vermogen van het merk wordt daardoor immers niet aangetast nu het gebruik van
het merk als adword er in dat geval enkel toe strekt de aandacht van de
internetgebruiker te vestigen op het feit dat er alternatieven bestaan voor de
waren of diensten van de merkhouder (aldus onder meer het Hof van Justitie in
C-323/09 ‘Interflora’). Onder voormelde omstandigheden dienen de vorderingen
van Serbo Serres te worden afgewezen.”
Gebruik van generieke naam in Google advertentie door adverteerder
We zagen al dat het gebruik van de naam van de
adverteerder in de advertentie van belang is wanneer gebruik wordt gemaakt van
het merk van de concurrent als Google adword. Door het gebruik van de naam van
de adverteerder is het voor de internetgebruiker duidelijk dat de eigenaar van
het merk niets met de advertentie van doen heeft, en dat er een alternatief
product of dienst wordt aangeboden voor het product of dienst van de eigenaar
van het merk. Veel (internet) bedrijven gebruiken een beschrijvende of
generieke naam voor hun bedrijf (marktplaats.nl, thuisbezorgd.nl,
topbloemen.nl, etc.). In 2013 heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank
Den Haag de volgende adword advertentie verboden die verscheen na het invoeren
van het merk OTOLIFT:
Traplift kopen –
Traplift.nl
www.traplift.nl/
Tip: Tijdelijk 10% korting op alle Traplift modellen uit 2012!
Traplift Modellen – Geef mij advies – Vrijblijvende offerte – Brochure Aanvragen
www.traplift.nl/
Tip: Tijdelijk 10% korting op alle Traplift modellen uit 2012!
Traplift Modellen – Geef mij advies – Vrijblijvende offerte – Brochure Aanvragen
Volgens de rechtbank is door het gebruik van “otolift” in
combinatie met de adword-advertentie (hierboven) voor de gemiddelde
internetgebruiker:
“4.8. (…)
onmogelijk of moeilijk is om te weten of de trapliften waarop de tweede AdWord-
advertentie betrekking heeft, afkomstig zijn van X of een economisch met haar
verbonden onderneming, dan wel, integendeel een derde. De tekst van de
advertentie bevat immers slechts generieke aanduidingen van trapliften, die
kunnen duiden op trapliften van zowel X als trapliften van derden. De
advertentie maakt de internetgebruiker ook op geen enkele andere manier
duidelijk dat Practicomfort geen trapliften van X verhandelt, maar daarvoor een
alternatief biedt in de vorm van trapliften van derden. Door een advertentie
die dermate vaag blijft over de herkomst van de aangeboden trapliften te laten
verschijnen na invoering van het AdWord “otolift” zou de gemiddelde
internetgebruiker kunnen menen dat de aangeboden trapliften afkomstig zijn van
X of een aan haar gelieerde onderneming. Daaruit volgt dat de
herkomstaanduidingsfunctie van het merk OTOLIFT in het geding is.
Het vonnis is hier te vinden.
Ten slotte
Wanneer je het merk van je concurrent als adword
gebruikt dien je dus op te passen met het gebruik van een generieke naam als
naam van de onderneming in de advertentie op Google. Uit de rechtspraak van het Hof van
Justitie blijkt dat de herkomstaanduidingsfunctie is aangetast als “de
advertentie” het voor de gemiddelde internetgebruiker moeilijk of onmogelijk
maakt om vast te stellen of de aangeboden goederen al dan niet afkomstig zijn
van de merkhouder of een aan hem gelieerde onderneming. Gezien de recente jurisprudentie is het derhalve de vraag of het gebruik van het Google adword "Fleurop" voor de advertentie van topbloemen zoals hierboven weergegeven in het screenshot is toegestaan.
Het gebruik van het merk van de
concurrent als adword mag, mits er een alternatief voor het product/dienst van
de concurrent wordt aangeboden, geen verwarring omtrent de herkomst van het
product/dienst wordt veroorzaakt en –kort gezegd- de reputatie van het merk van
de concurrent niet wordt aangetast.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten